Journalistiek komt onder druk

#journalistiek

'De journalistiek onder druk' is één van de ontwikkelingen die het trendteam van Dienst Publiek en Communicatie heeft verzameld in een  actueel  trendoverzicht. Wat houdt deze trend in en wat zijn implicaties voor (overheids)communicatie?

Samenvatting

Het journalistieke model bestond lange tijd uit journalisten die nieuws brachten en uitgevers of eigenaars van kanalen zoals radio en tv die zorgden voor de verspreiding daarvan. Sinds de opkomst van het internet zijn mensen zelf steeds meer gaan publiceren, en zijn mensen tegelijkertijd kritischer geworden. Zowel de positie van journalisten en hun redacties als die van de uitgevers is verzwakt.

De verandering lijkt nu een kantelpunt te gaan bereiken waarbij de rol van de journalistiek onder druk komt te staan. Het is nog onzeker hoe dit zich verder ontwikkelt. Inmiddels kan iedereen publiceren, en wie invloed heeft op online platforms kan grote invloed uitoefenen op de verspreiding van (nep)nieuws en (des)informatie. Toch is in coronatijd het gebruik van en vertrouwen in mediakanalen, in ieder geval tijdelijk, gegroeid.

Implicaties voor overheidscommunicatie

De dynamiek in journalistiek en woordvoering is fors veranderd, en verandert verder. Niet-journalistieke kanalen worden steeds belangrijker, ook voor monitoringsspecialisten en newsrooms. Het regisseren van communicatie wordt steeds moelijker door versnippering van het medialandschap. Zorg ervoor dat je voor ieder kanaal boodschap en communicatievorm nauwkeurig op elkaar afstemt.

Hoewel verslaggeving door journalisten nog van belang is, gaan mensen (vooral jongeren) meer zelf hun bronnen na. In deze behoefte aan bronnen kan je voorzien door het structureel inzetten van eigen communicatiekanalen, waarbij het bieden van authentieke informatie centraal staat. Focus op (het vergroten van) vertrouwen in de overheid legt de lat hoog voor communicatie: jouw publiek weegt de boodschap kritisch aan de hand van andere, al dan niet juiste, informatie. Ontwikkelingen in onderzoeksjournalistiek en curated journalism betekenen dat je veel aandacht moet besteden aan journalisten en auteurs die langdurig met een onderwerp bezig zijn en daarom op de hoogte van veel details zijn en willen zijn.

Ethiek is van toenemend belang door de toepassing van algoritmes op de verspreiding van nieuws en informatie. Zowel wanneer dat via eigen (overheids-)kanalen wordt toegepast, als bij het maken van keuzes bij het inzetten of inkopen van media. Dit vraagt ook om het voeren van actief communicatiebeleid over de omgang met desinformatie en de rol van algoritmes.

Beeld: ©DPC

Minder journalistieke titels

In de afgelopen decennia zijn oplagen van kranten en weekbladen gestaag gekrompen. Tijdens de coronacrisis zijn mensen versneld overgestapt van papieren naar online abonnementen. Het publiek haalt nieuws en informatie graag online. Advertentie-inkomsten bij uitgeverijen zijn onder druk komen te staan. Deze ontwikkeling zet zich nog steeds door. In de zomer van 2021 werd bekend dat onder andere weekblad VIVA moet gaan stoppen na jarenlange krimp van het aantal abonnees. Eerder in 2021 zette de Noordelijke Dagblad Combinatie een groot aantal lokale weekbladen in de verkoop. Deze verkoop leidde tot zorgen over een verzwakking van lokale journalistiek. Door fusies en overnames ontstaat een concentratie in de mediasector, waarbij enkele bedrijven de markt domineren. Toch groeit een deel van de lokale nieuwssector wel: het aantal zeer lokale (‘hyperlokale’) nieuwssites neemt de laatste jaren toe.

Het aantal mensen met een tv-aansluiting neemt af, ten gunste van streamingdiensten zoals Videoland en Netflix. Inmiddels is deze groep tijdens coronatijd gegroeid zodat inmiddels meer dan de helft van de Nederlanders tenminste één streamingsabonnement heeft.

Rol journalistiek wordt kleiner

Mensen zijn sinds de opkomst van het internet minder afhankelijk geworden van journalisten en uitgevers voor het plaatsen van nieuws, het verspreiden van informatie en het discussiëren over onderwerpen die in de maatschappij en politiek spelen. Iedereen kan nu iets maken en posten, of het nu gaat om een blog, vlog, podcast of website (zie ook #initiatiefrijk). Er ontstaan steeds meer uiteenlopende kanalen, waarop zowel juiste informatie als desinformatie kan staan.

Deze ontwikkeling heeft steeds grotere gevolgen voor de journalistiek: de rol van de journalist als poortwachter verzwakt. De positie van influencers is gegroeid, waardoor soms ook complottheorieën zich via hen snel kunnen verspreiden. Hetzelfde geldt voor wat bedrijven en politieke partijen naar buiten brengen: ook zij communiceren direct met hun publiek en achterban via eigen online kanalen en sociale media, zonder tussenkomst van journalisten. Deze situatie waarin communicatiekanalen verbonden zijn met bijvoorbeeld politieke opvattingen zou je als een nieuw type verzuiling kunnen zien.

De werking van sociale media leidt tot een verdere fragmentatie van het publieke debat: mensen beschikken niet allemaal meer over dezelfde informatie. Algoritmes en kunstmatige intelligentie leiden tot selectieve verspreiding van berichten. Nieuwsredacties gebruiken dergelijke algoritmes soms, waardoor berichten bijvoorbeeld al dan niet worden gepusht. Op sociale media speelt een redactie geen rol, maar algoritmes wel. Wie eenmaal op een bericht of filmpje over een onderwerp heeft geklikt, komt steeds meer van hetzelfde tegen. Dat gebeurt ook als iemand bij desinformatie of complottheorieën terecht komt: je wordt daar dan steeds meer mee geconfronteerd. Cabaretier Arjen Lubach bedacht voor dit fenomeen de pakkende term ‘fabeltjesfuik’.

Het toepassen van algoritmes op de verspreiding van nieuws en informatie leidt tot de vraag welke waarden en waarborgen we als samenleving willen hanteren. Claes de Vreese, hoogleraar kunstmatige intelligente en maatschappij, wijst op risico’s die kleven aan afhankelijkheid van Amerikaanse systemen. Hij beweert dat we in Nederland en Europees verband hierin een zwakke rol spelen.

Dynamiek van wantrouwen

Onbehagen in samenleving en wantrouwen tegenover instituties zijn in de afgelopen jaren tot wasdom gekomen, zie #onzekerheid en onbehagen. Dat wil niet zeggen dat er in het geheel geen vertrouwen is. Het gewicht hiervan schommelt door de actualiteit, maar grootschalige schandalen kunnen op de langere termijn een negatief effect op politiek vertrouwen houden. Onbehagen en wantrouwen raken niet alleen politici en overheidsorganisaties, maar ook de journalistiek. Er is een toename van gewelds- en bedreigingsincidenten richting journalisten. Dat heeft gevolgen voor de persvrijheid: journalisten worden voorzichtiger met wat ze publiceren, hebben minder plezier in hun werk of overwegen zelfs te stoppen met hun werk.

Deze ontwikkeling lijkt op het eerste gezicht in coronatijd versneld. Zo besloot de NOS in deze periode stickers van hun satellietwagens af te halen en regelmatig bewaking met verslaggevers mee te sturen. Hoofdredacteur Gelauff hierover: "De journalistiek ligt onder vuur van mensen en groeperingen, die alleen hun eigen wereld willen terugzien, elk ander perspectief onmogelijk proberen te maken en daarmee de persvrijheid aantasten." Bekeken vanuit internationaal perspectief valt de situatie in Nederland echter nog mee. Sterker nog: door de coronacrisis is het gebruik van journalistieke nieuwskanalen en het vertrouwen daarin in ieder geval tijdelijk gegroeid. Dit patroon speelt breder: ook het vertrouwen in de wetenschap groeide in coronatijd. Daarbij maken veel mensen zich zorgen over nepnieuws. Jongeren zien journalistiek wel minder als een vast en betrouwbaar kanaal, en vormen soms meer zelfstandig hun beeld van de actualiteit door op zoek te gaan naar bronnen.

Een metajournalist probeert die enorme massa aan (online) berichten uit verschillende titels over een onderwerp te volgen en op basis daarvan een samenhangend beeld te creëren.

Journalisten zoeken nieuwe wegen

Binnen de journalistiek ontstaan nieuwe initiatieven en werkwijzen. Platforms zoals Investigo, Follow The Money en De Correspondent leiden tot meer onderzoeksjournalistiek en specialisatie. Een platform dat nu met name in de Verenigde Staten in opkomst is, is Substack. Op dit platform, met inmiddels een kwart miljoen betalende klanten, kunnen journalisten ondersteund door e-mailnieuwsbrieven hun artikelen verkopen. De journalist kan zo in de woorden van de CEO van Substack ‘zelfstandig het eigen persoonlijke media-imperium runnen’ zonder onderdeel uit te maken van een redactie. Zij voelen zich echter ook niet langer verbonden aan de journalistieke waarden van een redactie.

Een vorm van (onderzoeks)journalistiek die in opkomst lijkt, is curated journalism of metajournalistiek. Over ieder onderwerp verschijnen veel losse, soms korte, berichten. Een metajournalist probeert die enorme massa aan (online) berichten uit verschillende titels over een onderwerp te volgen en op basis daarvan een samenhangend beeld te creëren. Dergelijke auteurs zijn langdurig betrokken bij een onderwerp en raken van veel details op de hoogte. Deze manier van werken levert nieuwe berichten op die een groter verhaal aan het licht kunnen brengen dan de afzonderlijke berichtjes. Ook dat grotere verhaal kan nieuws worden. Een voorbeeld van iemand die op die manier werkt en inmiddels ruim 900.000 volgers heeft, is de Amerikaan Seth Abramson, die frequent publiceert over ontwikkelingen in de Amerikaanse politiek.